[Lat. ovatio], v. (-s),
1. (Romeinse Rijk) kleine zegevierende intocht;
2. feestelijke ontvangst, m.n. algemene toejuiching van iemand die zich onderscheiden heeft: iemand een brengen; de toejuichingen groeiden aan tot een ovatie.
De ovatio was een kleine triomftocht in het oude Rome, die door de Senaat aan een veldheer kon worden toegestaan wanneer de vereisten voor een eigenlijke triomftocht (triumphus) ontbraken. Hij ging dan te paard of te voet door de stad en droeg geen lauwerkrans, maar een krans van mirtbladeren.