Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

orthopedie

betekenis & definitie

v., onderdeel van de geneeskunde dat zich toelegt op de bestudering en behandeling van afwijkingen van het steunweefsel en het bewegingsapparaat van het lichaam.

De conservatieve orthopedie houdt zich o.a. bezig met het rechtbuigen van verkrommingen, gevolgd door tijdelijk, intermitterend of permanent fixeren met verbanden van onbuigzaam materiaal zoals gips of plastics (al of niet gewapend met glasdraad) die het gips ten dele kunnen vervangen. De conservatieve orthopedie omvat bovendien het voorkómen en behandelen van houdingsafwijkingen doorsteunapparaten (corset, beugel, steunzool e.d.), het compenseren van skelet-of spierdefecten doormiddel van prothesen, orthopedisch schoeisel, bandages e.d., het activeren van verzwakte spieren en het bestrijden van uiteenlopende aandoeningen van het motorische apparaat met medicijnen, bestralingen, baden enz. (fysiotherapie).

Naast deze methoden neemt de operatieve orthopedie een steeds grotere plaats in. Deze dient ertoe botvormen te wijzigen, spieren in hun verloop en functie te beïnvloeden, de werking van gewrichten te verbeteren of uit te schakelen, zieke delen te verwijderen, beenbreuken en wonden van spieren, pezen en gewrichten beter en sneller te doen genezen, en soms ook een foutieve aanleg of ontwikkeling zodanig te veranderen dat een betere aanpassing aan de eisen van het dagelijks leven mogelijk wordt.

Zowel conservatieve als operatieve orthopedie worden in het algemeen uitgeoefend door specialisten.

Erfelijke en aangeboren defecten, groeistoornissen, stofwisselingsstoornissen van het bot en slijtage van gewrichten zijn in hun ontstaan en ontwikkeling nog onbegrepen en moeilijk te behandelen, wanneer althans de normale toestand nagestreefd wordt.

Ontstekingen, ongevalsgevolgen en voedingsstoornissen daarentegen kunnen meestal met succes worden bestreden. Een aparte plaats nemen die stoornissen in die het gevolg zijn van een spierdefect, waardoor verstoring van het spierevenwicht optreedt, met als gevolg b.v. een verkromming van de wervelkolom (scoliose). Immers, een spierdefect kan niet met werkzaam materiaal van elders aangevuld worden, hetgeen met bot, kraakbeen en bindweefsel wel het geval is.

De diagnostiek van afwijkingen geschiedt op grond van vergelijkingen met normale waarden. Bij het onderzoek van kinderen moet men bovendien rekening houden met de individuele groeien rijpingscurve, waardoor een afwijking bij de één spontaan kan verbeteren en bij de ander verergeren. Hierdoor kan dikwijls pas na herhaald onderzoek uitgemaakt worden of bij een orthopedische afwijking van een kind ingrijpen nodig is.

Bij de behandeling kan men ook gebruik maken van preventieve maatregelen om verergering te voorkomen. Aangezien vele orthopedische afwijkingen het gevolg zijn van overbelasting door fouten in houding en beweging, kan de preventie met voordeel worden ingeschakeld bij sport, gymnastiek en kleding (m.n. schoeisel).

Bestrijding van pijn is in de orthopedie van vérstrekkende betekenis, doordat pijn leidt tot houdings-en bewegingsfouten, die op den duur in vormen structuurafwijkingen overgaan. Bij de beginnende gewrichtsslijtage kan een effectieve pijnstilling het proces belangrijk vertragen.

De nabehandeling van orthopedische operaties vereist van de kant van de patiënt veel geduld, medewerking en doorzetting, omdat veelal een langdurige immobilisatie ter genezing van de operatiewond, en daarna een langdurige revalidatie ter aanlering van betere of nieuwe functies onvermijdelijk zijn. In vele gevallen is meer dan één operatie nodig om een slecht functionerend lichaamsdeel in een bruikbaar te veranderen, en de afhankelijkheid van hinderlijke (en kostbare) steunapparaten te beperken.

< >