Franse stad, hoofdstad van het dep. Loiret, 96000 inw. (metropoolgebied 168000 inw.).
Orléans is een groeipool in het Bekken van Parijs en het administratieve centrum van de Région Centre. Belangrijkste handelsstad met uitgebreide industrie (elektronika, machines, textiel, chemicaliën en farmaceutica, meubelen, levensmiddelen, drukkerijen). Het oudste deel van de stad heeft zich ontwikkeld om de abdij van Saint-Aignan, waarvan resteren de kerk (15e eeuw), de crypt (11e eeuw), kathedraal Sainte-Croix (13e eeuw). De kerk Sainte-Euverte dagtekent uit de 12 eeuw. In het westelijke stadsdeel staan de kerken Saint-Paul en de Notre-Dame-de-Recouvrance (beide 16e eeuw). Van de overige oude gebouwen zijn nog te noemen het huis van Jeanne d’Arc, het 16e eeuwse stadshuis, en woonhuizen uit de renaissance.
Orléans heeft verscheidene musea waaronder Musée Jeanne d’Arc, Musée Historique, Musée de Peinture. Er is een universiteit. Vliegveld.
GESCHIEDENIS
Op de plaats van Orléans lag de Gallische stad Cenabum, die in 52 v.C. veroverd werd door J.Caesar. In de 3e eeuw ontwikkelde zich het Romeinse Civitas Aureliani.
In de 10e-11e eeuw was Orléans veelal residentie van de Capets. Orléans werd bekend door het beleg van de stad (1428-29) door de Engelsen en het ontzet van Jeanne d’Arc (herdenking op 8 mei). LITT. L.Derenne, Orléans, histoire en bref (1950); P.Vassal, Orléans et son agglomération (1975).