v. (-en),
1. het wettelijk gezag wegnemen bij bevoegde personen of instanties (e);
2. het uit roulatie nemen.
Wie in Nederland opzettelijk een minderjarige onttrekt aan het wettig over deze gestelde gezag of aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent, is strafbaar volgens art. 279 WStr. Krachtens art. 280 is ook strafbaar degene die opzettelijk een minderjarige die onttrokken is aan dat gezag of opzicht, verbergt of aan de nasporing van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt. Deze laatste strafbepaling is op de tocht komen te staan ten gevolge van de hulpverlening aan weglopers. Veelal stelden de hulpverleners zich op het standpunt dat onmiddellijke terugbrenging van weglopers de conflicten met de ouders eerder zou onderdrukken dan oplossen, reden waarom zij soms geen mededeling aan de politie wensten te doen (of foutieve informatie gaven) aangaande de verblijfplaats van de wegloper. Dit leidde in slechts enkele gevallen tot strafvervolging, want in de regel bestonden er enige afspraken tussen hulpverleners en kinderpolitie ter plaatse over melding dat de wegloper terecht was. Zie Sosjale Joenit.
Het Belg. Strafwetboek bestraft in art. 369 de vader of de moeder die
1. hun minderjarige kind onttrekken of pogen te onttrekken aan rechtsvervolging die is ingesteld op grond van de wet op de jeugdbescherming;
2. die het onttrekken of pogen te onttrekken aan de zorg van de personen aan wie de rechterlijke overheid of de minister van Justitie het heeft toevertrouwd;
3. die het niet vertonen aan hen die het recht hebben het op te eisen;
4. die het, zelfs met zijn toestemming, wegvoeren of doen wegvoeren.