Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

ongeoorloofde afwezigheid

betekenis & definitie

afwezigheid zonder verlof. In het Ned. militair strafrecht is ongeoorloofde afwezigheid een militair misdrijf, in vredestijd echter slechts indien de afwezigheid ten minste één dag duurt (artt. 96-100 en 106 van het Wetboek van Militair Strafrecht).

Het wetboek maakt onderscheid tussen aan schuld te wijten en opzettelijke ongeoorloofde afwezigheid. Duurt zij langer dan 30 dagen in vredestijd of vier dagen in tijd van oorlog of verwijdert de betrokkene zich met het oogmerk zich voorgoed aan zijn dienstverplichtingen te onttrekken, dan wordt zij gekwalificeerd als desertie. De strafmaxima variëren van ten hoogste zes maanden gevangenisstraf tot de doodstraf, o.a. in het geval van desertie naar de vijand.Bij de komende herziening van het militaire strafrecht zullen bepaalde vormen van ongeoorloofde afwezigheid niet langer strafbaar worden gesteld, maar uitsluitend een krijgstuchtelijk vergrijp opleveren.

In België maakt de militair die afwezig is zonder toelating of rechtvaardiging zich schuldig aan een tuchtvergrijp. Indien deze afwezigheid langer duurt dan 3, 8 of 15 dagen, naar gelang de in de artt. 43—45 van het Militair Strafwetboek omschreven omstandigheden, wordt hij als deserteur beschouwd. Het misdrijf van ongeoorloofde afwezigheid onderstelt geen bijzondere opzet; het bestaat in de afwezigheid zonder toelating gedurende meer dan 7 dagen. Indien de afwezigheid minder dan 7 dagen heeft geduurd, levert ze een gewoon tuchtvergrijp op.

< >