v./m.,
1. in de mythologie een van de religieuze voorstellingen omtrent een leven na het leven op aarde, verblijf van de afgestorvenen (e);
2. wereld of kringen van misdadigers of gangsters: de Newyorkse –.
(e) MYTHOLOGIE. De onderwereld zou zich onder de aarde bevinden en is door allerlei belemmeringen ontoegankelijk voor levenden. Deze voorstelling wordt bij vele volken aangetroffen, o.a. Indiërs, Egyptenaren, m.n. in de oudheid in Griekenland. In de Griekse onderwereld heersen Hades en Persefone, dan wel Minoos en Rhadamanthys. Sommige bevoorrechten blijven in de ➝Elyzeese velden. Later onderscheidt men het verblijf van de goeden en dat van de slechten. ➝dodenrijk.