Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-06-2020

ondergroei

betekenis & definitie

m., verzamelnaam voor alle vegetatie die in een bos onder het scherm van de heersende boometage aanwezig is.

(e) Ondergroei kan zowel jongere bomen en struiken, als mossen, grassen, kruiden, varens, heide enz. omvatten. Afhankelijk van zijn samenstelling is ondergroei een gunstige of een ongunstige factor voor de groei van de boometage. Heide en grassen b.v. verhogen het brandgevaar in het bos en eisen water en voedingsstoffen. Een gunstige invloed kan de ondergroei hebben op de →stamreiniging, op de strooiselvertering en de bescherming van de bodem tegen weersinvloeden. Ook kan ondergroei bijdragen tot een veelzijdiger en evenwichtiger samenstelling van de levensgemeenschap. Ter voorkoming van mogelijke ongunstige invloeden wordt wel kunstmatig door onderplanten of onderzaaiing een ondergroei van gunstige soorten aangebracht. In bepaalde gevallen kunnen de jonge bomen van de ondergroei de volgende generatie bos vormen.

< >