koning van de Oostgermanen in Italië (476-93), *ca.432, ♱(verm.) 15.3.493. Odoakar, die van Skirische afkomst was, werd officier in het Romeinse leger.
Toen de patricius (= feitelijke leider van het Westen) Orestes weigerde aan de Oostgermanen, die een groot deel van het Romeinse leger in Italië uitmaakten, grond toe te wijzen, liet Odoakar zich tot hun koning uitroepen. Hij nam Orestes’ residentie Pavia in en beheerste weldra geheel Italië. De laatste Westromeinse keizer, Romulus Augustulus, werd afgezet. Door de Oostromeinse keizer werd Odoakar als patricius erkend. Hij verdeelde een derde van de Italiaanse landbouwgrond onder zijn soldaten. Keizer Zenoon de Isauriër benoemde de aanvoerder van de Ostrogoten, Theodorik, als opperbevelhebber.
Deze versloeg Odoakar bij Aquileia en bij Verona, waarop de laatste zich terugtrok in Ravenna (490). Hongersnood dwong hem in 493 deze stad over te geven. Tijdens een maaltijd werd Odoakar door Theodorik vermoord.LITT. M.A.Wes, Das Ende des Kaisertums im Westen des römischen Reichs (1967).