Afrikaanse stam in Zuid-Soedan, behorend tot de Niloten. Vee is zeer belangrijk in het sociale leven.
De Nuer zijn semi-nomadisch, in het regenseizoen worden gierst en maïs verbouwd; in de droge tijd trekken ze met hun vee naar de waterplaatsen. Zij hebben geen centrale politieke organisatie, de sociale organisatie bestaat uit kleine verwante groepen. Hun aantal bedraagt ca. 250000. De Nuer spreken een Nilotische taal.
LITT. E.E.Evans-Pritchard, The Nuer (1940, 3e dr. 1971); E.E.Evans-Pritchard, Kinship and marriage among the Nuer (1951).