(thans Noeffar), Oudmesopotamische stad ca. 150 km ten zuidzuidoosten van Bagdad. De stad was van grote betekenis als religieus centrum van Soemer, omdat zij de cultusplaats van de oppergod Enlil was, in wiens tempel Ekoer de godenvergadering bijeenkwam.
De zorg voor zijn cultus was een gemeenschappelijke taak van alle Soemerische stadstaten. In het Ekoer bevonden zich wij voorwerpen en stèles met inscripties. Latere kopieën hiervan zijn een belangrijke bron van kennis van het oude Mesopotamië.In de periode kort na 2000 v.C. was te Nippoer de belangrijkste schrijversschool van het land gevestigd. De daar gebruikte woorden tekenlijsten maakten de reconstructie van het Soemerisch mogelijk. In de Kassitische tijd (14e eeuw v.C.—12e eeuw v.C.) was de stad een belangrijk bestuurscentrum. De toenmalige archieven vormen de belangrijkste historische bron voor die periode. Nippoer bleef steeds een belangrijke stad, en speelde ook in Nieuwbabylonische tijd als Assyrische garnizoensstad een rol. Archeologisch onderzoek ter plaatse is verricht door Amerikaanse expedities (van 1888—1900 en vanaf 1948 tot heden).
Men onderzocht m.n. de Enlil-tempel met zikkoerat (tempeltoren), de schrijverswijk en de Inannatempel met omgeving. Uit de 5e eeuw dateert het archief van het joodse handelshuis Moerasjsjoe.
LITT. D.E.McCown en R.C.Haines, Nippur One. Temple of Enlil, scribal quarter and soundings (1967; 2e dr. 1978); McGuire Gibson, Excavations at Nippur, 11th season (1975).