Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

nijlsnoek

betekenis & definitie

m. (-en), (ook: olifantsvis, tapirvis), Gnathonemus petersi, een tropisch-Afrikaanse zoetwatervis, behorend tot de nijlsnoekachtigen (beentongige vissen).

De naam olifantsvis slaat op de soms slurfvormig verlengde snuit. Alle nijlsnoeken (dit geslacht telt ca. 120 soorten) hebben elektrische organen, wellicht daarom van belang omdat zij in modderig water leven, waarin het zien met de (kleine) ogen sterk bemoeilijkt is. Nijlsnoeken worden 10-150 cm lang, en zijn van belang als consumptievis.

< >