Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

newfoundlander

betekenis & definitie

[Eng.], m. (-s), forse en intelligente, uit Newfoundland afkomstige hond. De newfoundlander behoort tot de doggen.

De schofthoogte bedraagt ca. 70 cm.Hij heeft een areed hoofd met tamelijk korte snuit, hangende aren en een lange staart. De dikke, langharige vacht is zwart of donkerbruin, al dan niet met een kleine witte bles en tenen. In Schotland wordt de newfoundlander gebruikt voor het redden van drenkeingen die in het water van de lochs door de kou bevangen zijn geraakt. De newfoundlander is een genoren zwemmer en de enige hond met zwemvliezen. De wit-met-zwart gevlekte variëteit van de newfoundlander wordt landseer genoemd, naar de 19eeeuwse Engelse schilder E.Landseer die deze dieren vaak op zijn schilderijen afbeeldde.

< >