m. (-s),
1.toestel dat een kunstmatige nevel vormt;
2. chemische verbinding (ook: mengsel van verbindingen) die onder invloed van chemische of fysische processen rookof nevelvorming veroorzaakt wanneer zij in fijn verdeelde staat in de atmosfeer wordt gebracht.
De belangrijkste nevelvormers zijn:
1. mengsels van zwaveltrioxide en chloorsulf'onzuur. Dergelijke sterk hygroscopische mengsels hydrolyseren door toedoen van de in de atmosfeer aanwezige waterdamp, waarbij zich een witte nevel ontwikkelt. Deze nevel kan de huid, de ogen en de ademhalingswegen aantasten. Mengsels van deze verbindingen worden met behulp van granaten of vliegtuigen met sproeitanks boven en op het gevechtsterrein verspreid.
2. Rookolie. Deze aan sommige soorten motorolie verwante verbinding wordt gewoonlijk in aërosolvorm toegepast. De nevel van rookolie is nagenoeg onschadelijk, maar zeer stabiel.
3. Hexiet. Dit is een mengsel van hexachloorethaan en aluminiumpoeder. Hexiet wordt gebruikt in rookpotten en rookkaarsen.
4. Fosfor. Deze stof is uitermate geschikt om met behulp van springrookgranaten of vliegtuigbommen als brandstichtend middel of voor markeringsdoeleinden te worden aangewend.
5. Gekleurde rookgassen (rookgranaat).
