Ned. schilder, *1639 Heidelberg, ♱15.1.1684 ’s-Gravenhage; zoon van een beeldhouwer. Netscher was een leerling van o.a.
Terborch te Deventer. Op 20-jarige leeftijd ging hij naar Frankrijk en woonde enige jaren in Bordeaux. Het volksleven was hier zijn voornaamste onderwerp. Wegens de geloofsvervolgingen kwam hij later naar Holland terug en werd in 1662 lid van het gilde te ’s-Gravenhage, waar hij grote bekendheid verwierf als schilder van gracieuze portretten. Daarnaast schilderde hij tot ca. 1670 ook genrestukken (o.a. De briefschrijver, 1665, Gemäldegalerie, Dresden).
In zijn werk is behalve van Terborch ook invloed zichtbaar van de Leidse fijnschilders (G.Dou, G.Metsu) en de Delftse school (J.Vermeer, P.de Hooch).
LITT. S.Gudlaugsson, G.ter Borch (2 dln. 1959— 60).
