v./m. (mv.), de pijnen die een vrouw na de bevalling ondervindt doordat de baarmoeder nog spiercontracties uitvoert.
Na de bevalling blijft normaliter de baarmoeder bij de eerstbarende op een continue wijze samengetrokken, terwijl bij de meerbarende nog ritmisch verlopende samentrekkingen kunnen voorkomen. Deze samentrekkingen kunnen pijnlijk zijn en aanleiding geven tot de nageboorteweeën. Bij sommige vrouwen kunnen deze weeën verschillende dagen blijven en kunnen vooral uitgesproken zijn op het ogenblik dat de baby aan de borst wordt gelegd. Nageboorteweeën treden sterker op wanneer de bevalling zeer snel is verlopen.