Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

naaktheid

betekenis & definitie

v.,

1. de toestand van naakt te zijn;
2. het naakte lichaam of een naakt gedeelte van het lichaam: hij heeft niets om zijn naaktheid te bedekken;
3. (fig.) onverbloemde, onbewimpelde toestand; ellendigheid: de misdaad in al haar naaktheid ten toon stellen.

Naaktheid was oorspronkelijk een bij vele volken voorkomende rite, die op den duur zich wijzigde in een minder ver gaande ontbloting van het lichaam, wanneer men zich stelde voor beeld of symbool van de godheid. Het is waarschijnlijk een archaïsme: heilige handelingen weerspiegelen vaak een vroeger cultuurstadium. Daarnaast spelen andere betekenissen een rol:

1. het losmaken van alle banden en knopen;
2. van het naakte lichaam gaat een grotere heilige kracht uit dan van het beklede;
3. volkomen overgave van de mens aan het/de heilige;
4. teken van ascese.

< >