Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

mul (zeevis)

betekenis & definitie

m. (-len), (ook: koning-van-de-poon, zeebarbeel, vero.: haringkoning), Mullus surmuletus, een tot 40 cm grote zeevis, behorend tot de baarsachtigen.

De mul komt voor langs de kusten van West-Europa en de Middellandse Zee. Gewoonlijk zuidelijker, maar in het voorjaar doordringend tot de Kanaalkust en zelfs Zuid-Noorwegen. De mul is gekenmerkt door de vrij ronde kop met grote ogen, twee afzonderlijke rugvinnen, twee stevige baarddraden aan de kin, de rode kop en rug, en gele overlangse strepen langs de zijden. Hij leeft van bodemdieren. Een goede consumptievis, in Zuid-Europa van aanzienlijk commercieel belang.

< >