m., (ook: methylalcohol; vero. houtgeest), organische verbinding behorend tot de alcoholen, CH3OH.
Methanol wordt verkregen uit een mengsel van koolmonoxide en waterstof, dat ontstaat bij de droge destillatie van hout, door het kraken van aardgas, nafta of olie. De methanolsynthese vindt plaats over een katalysator gebaseerd op koperzouten: CO + H2 ⇄ CH3OH. Methanol wordt op grote schaal synthetisch bereid. Een belangrijke ontwikkeling is het gebruik van methanol als energiedrager, nl. door de bereiding van methanol uit goedkoop aardgas worden transporten opslagkosten ten opzichte van die van aardgas aanzienlijk lager, terwijl methanol ook kan worden gebruikt als brandstof voor motoren e.d. Methanol wordt in verschillende planten aangetroffen. Het is een kleurloze, zwak riekende vloeistof; kookpunt 65 °C.
In de industrie wordt methanol o.a. gebruikt voor de bereiding van formaldehyde en van sommige kleurstoffen, als oplosmiddel en voor het denatureren van spiritus. Methanol is zeer giftig en veroorzaakt bij inwendig gebruik blindheid.