m. (-trozen), gewoon schepeling; zeeman van de laagste rang (bij de marine formeel zonder rang): men onderscheidt thans matroos 3e, 2e en le klas; lichtmatroos, beginnend, aankomend matroos; volmatroos, die zijn functie geheel kan vervullen.
Een matroos is een zeeman van de laagste rang, zowel op de zee-als de binnenvaart, bij de koopvaardij , marine en visserij. Hij is belast met eenvoudig handwerk aan dek en in het tuig, maar wordt ook geoefend in sturen (matroos-roerganger), het af lezen van peilingen en van de log. Hij begint als lichtmatroos en wordt volmatroos, resp. matroos 1e klas.
Bij de Ned. marine bestaan voor de matroos opleidingen voor het behalen van een speciaal brevet in kennis van de diverse wapens en apparatuur.
Voor de Belg. koopvaardij moet een matroos 18 jaar oud zijn, ten minste 12 maanden aan dek als lichtmatroos dienst doen, een attest voorleggen van ten minste 50 h dienst als roerganger en een examen afleggen. Na 36 maanden vaartijd ontvangt hij automatisch het certificaat van volmatroos.
In België is een matroos soldaat van de zeemacht. De 1e matroos staat gelijk met korporaal bij landen luchtmacht (kwartiermeester staat gelijk met korporaal-chef bij land- en luchtmacht),
