Amerikaanse filmkomedie-familie, bestaande uit Groucho (Julius) 2.10.1895 New York, ♱19.8.1977 Los Angeles, Harpo (Adolph) 23.11.1888 New York, ♱28.9.1964 Hollywood, en Chico (Leonard) 22.3.1887 New York, ♱11.10.1961 Hollywood. De Marx Brothers, aanvankelijk vijf in getal met de broers Zeppo (Herbert) en Gummo (Milton), traden eerst met variété en cabaret op in de prov.
In 1924 hadden zij hun eerste grote succes op Broadway in de musical I’ll say she is. Daarna werden zij geëngageerd door Paramount en later door Metro Goldwyn Mayer. Hun zeer persoonlijke humor maakte hun films tot een apart genre met vast omlijnde karakters. Vooral Groucho werd legendarisch door zijn scherpe tong. Geen regisseur bleek in staat werkelijk iets van zichzelf aan het zeer sterke team toe te voegen. Groucho werd verder bekend door zijn boeken en zijn optredens voor radio en televisie.
Films: The cocoanuts (1929), Animal crackers (1930), Monkey business (1931), Horse feathers (1932), Duck soup (1933), A night at the opera (1935), A day at the races (1937), Room service (1938), At the circus (1939), Go west (1940), The big store (1941), A night in Casablanca (1946), Love happy (1949). Werken: Groucho Marx: Beds(1930; reprint 1976), Many happy returns(1942), Groucho and me (1959), Memoirs of a mangy lover (1963), The Groucho letters (1967), The secret word is Groucho (1976), The Groucho phile (1976), (samen met R.J.Anobile) The Marx Brothers scrapbook (1973). Harpo Marx: Harpo speaks (1961).LITT. K.Crichton, The Marx Brothers (1951); A. Marx, Life with Groucho (1954); L.Rosten, Groucho, the man from Marx (1954); A.Eyles, The Marx Brothers, their world of comedy (1966); P.Zimmerman en B.Goldblad, The Marx Brothers at the movies (1968); RJ.Anobile, Why a duck? (1971); LAdamson, Groucho, Harpo, Chico and sometimes Zeppo (1973); R.J.Anobile, Hooray for captain Spaulding! (1974); W.Wolf, The Marx Brothers (1975).