[Eng.], v./m. (-s), opgeklopt of geklutst suikerwerk met elastische schuimstructuur.
Marshmallows bestaan uit suikers met een vochtbindend middel (agar, arabische gom, gelatine) en/of een eiwithoudende grondstof welke laatste bij verwarming en/of droging verstijft en lucht insluit. Zij worden in vorm gebracht door gieten in zetmeelvormen, door afkoelen en in plakken snijden (‘spek’), of door spuiten. De naam is afgeleid van de plant Althea officinalis (heemst, Fr.: guimauve, Eng.: marshmallow), waarvan het extract uit de wortel vroeger als semi-farmaceutisch preparaat tegen hoest werd toegepast. De daaruit bereide paté de guimauve werd ook wel witte drop genoemd.
