Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Maris, Matthijs

betekenis & definitie

(Thijs), Ned. schilder, *17.8.1839 ‘s-Gravenhage, ♰22.8.1917 Londen; broer van Jacob en Willem Maris. Maris was een leerling van de Haagse academie en van de academie te Antwerpen.

Van 1858—68 werkte hij te ‘s-Gravenhage, van 1869-75 te Parijs. Aanvankelijk werkte hij ook in de realistische trant van de Haagse School met landschap, figuur en portret als onderwerp. Mettertijd trok hij zich steeds meer terug in een eigen poëtische droomwereld. In 1877 ging hij naar Londen, daartoe overgehaald door de Engelse kunsthandelaar D.Cottier. Maar Matthijs sloot zich steeds meer van de buitenwereld af, ook al door zijn onuitroeibaar wantrouwen tegen iedere wijze van kunsthandel. In Londen ontstonden zijn droomfiguren en ijle, fantastische landschappen, waarbij hij naar een verontstoffelijking streefde, die hem zelden gelukte, maar die tot onnavolgbaar fijne studies leidde.

Maris maakte ook een aantal etsen en litho’s.

LITT. W.Arondeus, Matthijs Maris. De tragiek van een droom (1946); cat. tent. M.Maris, Gemeentemuseum Den Haag (1974); J.W.de Gruyter, De Haagse School (2 dln. 1968).

< >