Braziliaanse staat aan de noordkust van Brazilië, 328663 km2, 3330000 inw. (m.n. negers, mulatten en mestiezen). Hoofdstad: São Luis.
Het landschap wordt gekenmerkt door plateaus en vlakke bergruggen uit het Tertiair, die geleidelijk overgaan in een brede strook laagland langs de kust. De kust is sterk geleed en zanderig. De Maranhão behoort tot het stroomgebied van de Rio Itapicuru.
De Rio Parnaíba vormt de grens met de staat Piauí.
Het westen heeft een tropisch regenklimaat en is bedekt met dicht tropisch bos. Het oostelijk deel is het gebied van de savannen, waar babaçuen carnaubapalmen voorkomen.
De kustzone heeft commerciële akkerbouw (rijst, suiker, katoen); de akkerbouw (maïs, cassave) van het binnenland is uitsluitend voor het gebied zelf bestemd. De produktie van babaçunoten (olie voor zeepindustrie) is belangrijk, met Piauí levert Maranhão 90 % van de Braziliaanse oogst. De olie wordt onverwerkt afgevoerd. In het binnenland is extensieve veeteelt (huiden en slachtvee). Kustvisserij. Voor de mijnbouw is aardolie en goud van belang. De industrie is beperkt tot de verwerking van landbouwprodukten: levensmiddelen (suikerfabrieken), alcoholbereiding, textiel. Maranhão is een van de minst ontwikkelde delen van Brazilië.