(Lat., de verheven majesteit des Heren), voorstelling van de door een nimbus of mandorla omgeven, op een troon of regenboog gezeten Christus, omringd door de 24 oudsten uit het visioen van Johannes. Christus heft de rechterhand in een zegenend gebaar op, in de linkerhand houdt hij het boek des levens of een aardbol of een scepter met kruis.
Zijn voeten steunen gewoonlijk op een tweede regenboog of op een aardbol, beide symbolen voor zijn heerschappij over hemel en aarde. .
LITT. J. J .Timmers, Christelijke symboliek en iconografie (1974).