Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Maitland, Frederick William

betekenis & definitie

Engels rechtsgeleerde, *28.5.1850 Londen, ♱l9.12.1906 Las Palmas. Maitland studeerde geschiedenis en rechten.

In 1888 werd hij hoogleraar te Cambridge. In 1887 richtte hij de Selden Society op ter bevordering van de studie van de geschiedenis van het Engelse recht, waarvoor hijzelf de grondslagen legde, o.a. met het, samen met F. Pollock geschreven, History of English law, nog steeds een standaardwerk. Werken: Justice and police(1885), Bracton’s notebook(3 dln. 1887), History of English law before the time of Edward I (2 dln. 1895, hernieuwde uitg. door S.F.C.Milsom, 1968), Domesday book and beyond (1897, herdr. 9 1966), Roman canon law in the Church of England , Township and borough (1898), Constitutional history of England (1908, 16e dr. 1965). Uitgaven: Collected papers, door H.A.L.Fisher (3 dln. 1911); Selected essays, door H.D.Hazeltine (1936); The letters of F.W.Maitland, door C.H.S.Fifoot (1965).

LITT. J.R.Cameron, F.W.Maitland and the hist, of Engl, law (1961); H.E.Bell, Maitland. A critical examination and assessment (1965); C.H.S.Fifoot, F.W.Maitland, a life (1971).

< >