bn. en bw.,
1. wat de aantrekkingskracht van een magneet bezit: magnetische materialen; deze naald is magnetische band, band van kunststof, bedekt met een laagje magnetiseerbaar materiaal, gebruikt o.a. voor het vastleggen van geluid (bandrecorder) en van informatie voor een computer;
2. van de aard van, met betrekking tot, in verband met, veroorzaakt door het magnetisme: magnetische kracht, stroom, aantrekking, afstoting; magnetische pool, punt op aarde waarheen de magneetnaald wijst; magnetische storm, tijdelijk sterke afwijking in het veld van het aardmagnetisme; een veld;
3. dierlijk magnetisme bezittend of uitoefenend: ik bleek te zijn en kon haar met een woord kalmeren; in minder eig. zin ook: sterk aantrekkend: er gaat een magnetische kracht van hem uit.