genoemd naar de ontdekker sir Alexander Mackenzie, die in 1789 de bronrivier Athabasca bereikte. Deze ontspringt op de Robson Peak (4356 m) in de Cariboo Mountains, stroomt naar het noorden en bereikt na 1224 km het Athabasca Meer.
Dan heet zij Slaven Rivier, en verenigt zich met de Peace River (1700 km) die uit het westen komt. Na het Grote Slaven Meer heet zij Mackenzie. Rechts neemt de Mackenzie de Grote Beren Rivier op en links de Peel. De Mackenzie vormt een delta in de Noordelijke IJszee. Totale lengte ca. 4000 km. De Grand Rapids bij Fort McMurray aan de Athabasca vormen de enige hindernis voor de scheepvaart. Van eind okt. tot begin juni is de Mackenzie met ijs bedekt. De benedenloop ligt in het moerassige toendragebied met bevroren bodem van de arctische kustvlakte.
