Chinees historicus en filosoof, *6.10. 1888 Ta-heito (prov. Hopei), ♱(terechtgesteld) 28. 4.1927 Peking.
Li Ta-tsjau werd in 1918 hoofdbibliothecaris van de universiteit te Peking en in 1920 hoogleraar geschiedenis, economie en politieke wetenschappen. Sinds 1918 was hij een bewonderaar van en propagandist voor het marxisme-leninisme. Hij leidde de protestbeweging van 4.5.1919 en was voorbereider en medeoprichter van de Chinese Communistische Partij in 1921. Hij bemiddelde bij het contact tussen Soen Jat-sen en sovjetadviseurs en was actief voorstander van een samengaan tussen Soens Kwomintang en de Communistische Partij. In 1927 werd Li Ta-tsjau tijdens de uitgebarsten vervolging van communisten geëxecuteerd. Latere communisten zoals Mao Tse-toeng zien in hem een belangrijk voorganger, m.n. door zijn ideeën over een proletarische democratie tegenover de bourgeois-democratie. litt. M.Meisner, Li Ta-chao and the origins of Chinese marxism (1967).
