[Du. Leitmotiv], o. (-tieven), (germ.)
in de muziek het motief dat de innerlijke handeling draagt, grondthema;
2. leidende gedachte die telkens terugkeert.
Het leidmotief in de dramatische of programmatische muziek is een motief dat wordt toegepast om symbolen, emoties, zaken of personen te karakteriseren. Hierdoor kan een muzikale of dramatische handeling worden weergegeven of becommentarieerd. Dit beginsel werd al vanaf ca.1750 in de operas van Grétry en Méhul toegepast; in de 19e eeuw in de opera`s van Hoffmann, Von Weber en Marschner. Het leidmotief is vooral verbonden geweest met de symfonische programmamuziek na Berlioz. In de opera is de meest consequente toepassing te vinden bij Wagner, die het Grundthema of Erinnerungsmotiv noemde, waarmee hij de constructieve betekenis van het leidmotief beklemtoonde. Ook Liszt verwerkte zijn leidmotieven als grondthema van zijn composities.