Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Last, Josphus Carel Franciscus (Jef)

betekenis & definitie

Ned. letterkundige, *2.5.1898 s-Gravenhage, ♱15.2.1972 Laren (Noord-Holland). Last onderbrak zijn tolkenstudie Chinees te Leiden om het arbeidersbestaan te leren kennen.

In 1929 werd hij communist na de SDAP te hebben verlaten vanwege haar Ned.-Indië-politiek. In 1930 werkte hij enige tijd in Rusland bij een litteratuurbureau. Na een tweede reis naar Rusland samen met A.Gide, keerde hij zich van het communisme af. Zijn deelname aan republikeinse zijde aan de Spaanse Burgeroorlog (1936) kostte hem tijdelijk het Ned. staatsburgerschap. Vanaf 1938 was hij partijloos socialist. Hij was actief in het verzet in de Tweede Wereldoorlog.

Na 1945 werd hij adviseur van Sukarno en leraar op Bali. In 1958 voltooide hij zijn studies Chinees en Japans te Hamburg met een proefschrift over de Chinese dichter Loe Siuun. Als schrijver was Last zeer veelzijdig. Hij werkte mee aan de jaarboeken van moderne revolutionaire poëzie Tijdsignalen (1929-30) en was redacteur van Links Richten, tijdschrift van het gelijknamige arbeidersen schrijverscollectief (1932—33). Niet alleen zijn poëzie, maar ook zijn verhalen en romans stelde hij in dienst van de klassenstrijd. Last schreef voorts reportages, journalistiek en historisch werk, politieke pamfletten, en verzorgde een groot aantal vertalingen, m.n. uit de Japanse en Chinese litteratuur en van het werk van Gide.

Met film heeft Last zich ook beziggehouden, vooral in samenwerking met J.Ivens. Op latere leeftijd ontwikkelde hij zich tot schilder en aquarellist. Hij exposeerde o.a. in 1968 te Amsterdam. Werken: proza: Branding (1930), Marianne (1930), Liefde in de portieken (1932), Partij remise (1933), Mijn vriend André Gide (1966), Vuurwerk achter de Chinese muur (1970), Elfstedentocht (1975; postuum); poëzie: Bakboordslichten (1927).

LITT. Zesentwintig biografieën, Singel 262 (1949); H.M.Mooy en A.G.Put, J.Last (1963); F.Auwera, Schrijven of schieten? (1969).

< >