Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Langemark

betekenis & definitie

Belg. deelgemeente in de prov. WestVlaanderen (arr. leper), 36,08 km2, 5490 inw. (43 % woonforensen).

Landbouw (op zandige leemgronden), zuivelnijverheid, confectieen bouwnijverheid bieden werkgelegenheid. Een gedeelte van het Vrijbos (grotendeels te Houthulst) ligt in Langemark. In de gemeente werden gedurende de Eerste Wereldoorlog veel verwoestingen aangericht; merkwaardig is het Duitse studentenkerkhof met 10000 graven. In de wijk Sint-Juliaan is een Canadees monument. Houten windmolens te Sint-Juliaan en Bikschote.In 1970 is Bikschote bij Langemark gevoegd. De gemeente Langemark is op 1.1.1977 opgenomen in de gemeente Langemark-Poelkapelle.

GESCHIEDENIS

Langemark werd tijdens de Eerste Wereldoorlog verwoest. De gemeente was in die oorlog een beroemde gevechtsplaats: op 11.11.1914 leed een Duits vrijwilligersregiment van studenten er zeer zware verliezen in een gevecht met de Fransen; op 17.8.1917 werd Langemark door de Engelsen veroverd, op 17.4.1918 opnieuw door de Duitsers, die het eind sept. 1918 definitief verloren. Naar deze omstreden plaats werd in de Tweede Wereldoorlog de Vlaamse ss-formatie SS-Langemark genoemd.

LITT. G.Dugdal, Langemark and Cambrai, a war narrative 1914-18 (1932); H.Timmermans, Der Sturm auf Langemark (1941).

< >