Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-06-2020

Labyrinthodontia

betekenis & definitie

een uitgestorven orde van de klasse amfibieën, als fossiel bekend uit het Devoon tot en met het Trias, met een maximale vormenrijkdom in het Carboon. De naam ontleent de orde aan de ingewikkelde verplooiing van het tandglazuur in de dentine.

De anatomische kenmerken zoals schedelbouw, schouderen bekkengordel, inwendige neusopeningen, komen opmerkelijk overeen met die van de kwastvinnigen. Tijdens het Paleozoïcum ontwikkelden zich drie hoofdrichtingen binnen de Labyrinthodontia: de Lepospondyli, die een eenvoudig gebouwde wervelkolom hadden, eigenaardige slangachtige vormen of salamanders met pijlvormige schedels; de Rhachitomi, met krokodilachtige vormen die heel groot konden worden (er is een schedel van een Mastodonsaurus bekend van 1,20 m); de Embolomeri, waarvan de Seymouria reptielachtige kenmerken vertonen.

< >