Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-06-2020

Kwei-tsjou

betekenis & definitie

Chinese prov., 174000 km2, 20 mln. inw. Hoofdstad: Kwéijang.

Kwei-tsjou bestaat grotendeels uit een tot 1500 m hoog plateau, dat naar het oosten terrasvormig afdaalt. De rivieren vloeien ten dele af naar de Jangtsetjiang (o.a. de Woetjiang) en ten dele naar de Sitjiang. Het klimaat is koel en vochtig (gemiddelde jaarlijkse neerslag 1800 mm). De economische vooruitgang en het verkeer worden geremd door het bergachtige karakter. Door roofbouw met brandkultuur is veel van het eens vrij dichte bos verdwenen. Toch is er nog een aanzienlijke houtreserve.

Het voornaamste bosprodukt is toengolie. De landbouw brengt tarwe, maïs en rijst voort, vooral in het oosten. Op de hooggelegen weilanden worden runderen en schapen gehouden. De verkooksbare steenkool uit het noordwesten wordt vervoerd naar de ijzeren staalindustrie van Tsjoengking. In het noordoosten wordt kwik gevonden. Verder zijn koper, antimoon, lood en aluminimum in de bodem aangetoond. De industrie is nog in opkomst en m.n. betrokken op de landbouw (o.a. kunstmestfabrieken).

< >