[→Fr.], o. (-ten),
1. muziekof zangstuk voor vier partijen; m.n. voor vier strijkinstrumenten: eerste viool, tweede viool, alt en violoncello; een van de violen kan vervangen worden door een piano (pianokwartet); vocaal kwartet, uitgevoerd door sopraan, alt, tenor en bas;
2. gezelschap dat een dergelijk muziekstuk uitvoert;
3. vier kaarten in een bepaald kindergezelschapsspel en dat spel zelf.