Chinees toneelschrijver, *ca,1210, ♱ca.1298. Kwan Han-tjing woonde in Ta-toe, het huidige Peking, de hoofdstad van het toenmalige Mongoolse wereldrijk.
Gegevens over zijn leven zijn schaars en vaak tegenstrijdig. Hij was een van de eerste en belangrijkste auteurs van de komedies van het noordelijk toneel. Ruim vijftig titels zijn van hem bekend en meer dan vijftien stukken zijn in meer of minder goede staat bewaard. De onderwerpen van zijn stukken reiken van heroïsche scènes uit Chinas geschiedenis tot aan opmerkelijke rechtszaken en romantische verwikkelingen in de wijken van plezier. De hoofdfiguur in zijn stukken, de enige gezongen rol, was dikwijls een vrouw. Uitgaven: Selected plays of Kuan Han-ching, door Yang Hsien→i en G.Yang (1958; Eng. vert.); Injustice to Tou O (Tou O yüan), a study and translation, door Chung wen Shih (1972; Eng. vert. en comm.); Vermaning door een dode hond, door W.L.Idema en D.R.Jonker (1974; Ned. vert.).
