Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kurtus

betekenis & definitie

v./m. (-sen), Kurtus, vissengeslacht, behorend tot de baarsachtigen (Perciformes).

(e) Van het geslacht Kurtus zijn twee soorten bekend, nl. K. indicus en K. gulliveri, die opvallen door een merkwaardige broedzorg. Deze dieren zijn vrij hoog en plat gebouwd, met een vrijwel schijfvormig lichaam en kop, en een kegelvormige, vrij lange staartsteel. Op de steil omhooglopende nek ontwikkelt het mannetje een haak, waaraan het de strengen eieren meedraagt tot zij uitkomen. Beide soorten bewonen zoet en brak water van rivieren en riviermondingen in Zuidoost-Azië en Nieuw Guinea. Zij bereiken een lengte van ca. 15 resp. 60 cm.

< >