Ned. officier, *1.8.1902 Amsterdam, †13.12.1975 ’s-Gravenhage. Kruis werd in 1922 officier bij de artillerie.
In 1931 voltooide hij zijn rechtenstudie en werd hij uitgezonden naar Curaçao teneinde daar de luchtverdediging te organiseren. Op 13.5.1940 vertrok Kruis als kapitein-adjudant van de minister van Defensie naar Engeland, waar hij in 1941 hoofd van de afdeling Landmacht van het Ned. Ministerie van Oorlog werd. In 1943 werd Kruis belast met de organisatie van het Militair Gezag en in 1944 werd hij benoemd tot chef van de staf. Op 1.11.1945 werd hij chef van de generale staf en in 1949 generaal en voorzitter van de verenigde chefs van staven. Na nov. 1945 heeft Kruis een belangrijk aandeel gehad in de opbouw van het Ned. leger. Nadat hij in 1951 op de meest eervolle wijze van zijn functie was ontheven (na een meningsverschil met de minister van Oorlog en Marine) bekleedde hij enige functies in het bedrijfsleven.Werken: Op inspectie (1946), Nederland paraat? (1948), Vrede of oorlog? (1952), Generaal in Nederland (1975).
LITT. C.L.Toreley Duwel, Generaal Kruis: handelsman of militair (1953).
