o. (-ken),
1. afbeelding van een menselijk hoofd;
2. koppig, eigenzinnig mens;
3. op de voorgrond tredende figuur, leider, hoofdman: de kopstukken van de partij;
4. muntstuk met de kop van een vorst, m.n. rijksdaalder;
5. deel dat behoort tot de kop van een dier, b.v. dat deel van de huid;
6. bovenste deel van iets, bovenstuk van een kast, van een kolom enz.