Gerrit Jan, Ned. letterkundige, *30.3.1944 Winterswijk. Komrij studeerde litteratuurweten schap te Amsterdam en verbleef vervolgens lange tijd in Griekenland.
Hij is werkzaam als vertaler, criticus en redacteur van Maatstaf. Zijn poëzie heeft sterke trekken gemeen met de 19eeeuwse poëzie van Staring en Paaltjens, maar is venijniger. Komrij hanteert klassieke versvormen en een archaïsch woordgebruik. In het NRC/Handelsblad publiceer de hij vaak zeer persoonlijke en scherpe televisiekri tieken, gebundeld in Horen, zien en zwijgen (1977). Komrij vertaalde werken uit het Engels, Frans, Duits, Oud en NieuwGrieks en Latijn. Werken: poëzie: Maagdenburgse halve bollen (1968), Alle vlees is als gras (1970), Ik heb goddank twee goede longen (1971), Tuttifrutti (1972), Fabeldieren (1975); kritieken en essays: Daar is het gat van de deur (1974), Horen, zien en zwijgen (1977).