Arthur, HongaarsEngels journalist en schrijver, *5.9.1905 Boedapest. Koestier werd in 1926 correspondent in het MiddenOosten voor de Neue Freie Presse te Wenen, in 1929 werd hij cor respondent te Parijs.
In 1932 begaf hij zich naar de USSR, waar hij een jaar lang als zelfstandig journa list werkzaam was. In de Spaanse Burgeroorlog werd hij door de News Chronicle (Londen) als speciaal verslaggever ter plaatse geëngageerd. Van 194142 was hij verslaggever bij de Britse legers. Koestier schreef een groot aantal politiek getinte romans. Werken: Spanish testament (1938), Dark ness at noon (1941), Arrival and departure (1943), The yogi and the commissar (1945), Twilight bar (1945), Thieves in the night (1946), The tragic and the comic (1948), Arrow in the blue (1952), The in visible writing (1954; autobiografie), The act of creation (1964); The ghost in the machine (1967), Drinkers of infinity (1968), The case of the middle toad (1971), The roots of coincidence (1972), The callgirls (1972). LITT: P.A.Huber, A.Koestier (1962); H.Harris (red.), Astride the two cultures: A.Koestier at se venty (1975).