(knevelde, heeft gekneveld), (overg.)
1. vastbinden; in boeien slaan, met koorden boeien, m.n. met de gedachte dat de gevangene zich daar door niet bewegen kan; (fig.) aan banden leggen, de vrijheid belemmeren van: de pers —;
2. door machtsmisbruik geld af persen, onderdrukken en uitzuigen.