v./m. (-en), 1. (weinig gebruikt) het keuren;
2. blijk van keuring, stempel, waarmerk van gehalte op goud en zilver (e); vandaar ook: gehalte, kwaliteit (van boter): eerste, tweede —;
3. willekeur, door de landsheer gegeven statuut waarbij plaatselijke voorrechten of vrijdommen worden gegeven; plaatselijke verordeningen of geheel van verordeningen, ordonnantie (e): de oudste keuren van Den Briel;
4. keus, verkiezing; alleen nog in: te kust en te —, in overvloed van keus, zoveel men maar wil; (spr.) eerst in de boot, — van riemen, wie het eerst komt, mag kiezen, kan het beste uitzoeken;
5. (economie) bijzondere transacties met combinaties van contante affaires en premieaffaires (e);
6. gelegenheid om te kiezen: de — hebben, mogen kiezen, m.n. de voorkeur hebben, het eerst mogen kiezen; — baart angst, uit vele zaken moeten kiezen is moeilijk;
7. dat wat gekozen is of dient te worden als het beste, de bloem: de — van de fijnste lekkernijen;
8. verscheidenheid, overvloed waaruit men een keuze kan doen: daar is — van goed.
(e) ECONOMIE. Men onderscheidt koperskeuze of koperskeur en verkoperskeuze en verkoperskeur (samengevat onder de term Noch-affaires). Bij de koperskeur koopt de koper per een bepaalde datum b.v. een aantal aandelen van een fonds tegen de bepaalde koers, die hoger is dan de koers op de dag van afsluiten der transactie, met het beding dat hij het recht zal hebben gedurende een overeengekomen tijd nog een vooraf vastgesteld aantal stukken op te vragen tegen dezelfde koers als de in ieder geval gekochte stukken. De koper zal uiteraard de extrastukken slechts af nemen als de koers inmiddels boven de overeengekomen koers is gestegen. Bij de verkoperskeur verkoopt de verkoper een aantal stukken van een fonds tegen een koers die lager is dan die op de dag van afsluiten der transactie, met optie om gedurende een vooraf bepaalde tijd een tevoren vastgesteld aantal stukken te leveren tegen dezelfde koers als de in ieder geval verkochte stukken. De verkoper zal de meerdere stukken uiteraard slechts leveren als de koers beneden de overeengekomen koers is gedaald.
Keuren kunnen voor verschillende termijnen worden gesloten: één of enkele dagen tot drie maanden of langer. Het bedrag der →optie (in feite dus de premie) is bij deze affaires reeds verdisconteerd in de koers; premie wordt derhalve niet betaald (→premieaffaire). RECHT. Keur is een oude term voor een wet in materiële zin, waarvan de inhoud door de meetellende bevolking van de betrokken rechtskring of haar vertegenwoordigers zelf is gekozen. De naam bleef voor de wetgevende maatregelen, vastgesteld door besturen van kleinere autonome rechtskringen, zoals steden, baljuwschapen, ambachten, waterschappen enz., ook ten tijde van de Republiek der Verenigde Nederlanden in zwang. Deze keuren mochten niet in strijd zijn met de algemene wetten van de landsheer. In privileges waarbij autonomie werd verleend, placht dit vaak expliciet te worden bepaald.
Thans nog worden die wetgevende maatregelen, door straffen en politiedwang te handhaven, uitgaande van waterschappen, als keur of politieverordening aangeduid. De oudst bekende keur in Europa is die van Hoei (1066).
TECHNIEK. Een keur komt voor op platina, gouden en zilveren voorwerpen. De bedoeling van deze keuren is, het publiek te waarborgen, dat het gehalte van de edelmetaallegering, waarvan het voorwerp gemaakt is, voldoet aan de normen, gesteld in de Waarborgwet. Het oudste teken dat men in Nederland kent, dateert van 1382. Het was een meesterteken, dat de maker van het voorwerp aanduidde, maar het gaf tevens enige garantie omtrent de kwaliteit van de legering. Het meesterteken bevatte meestal de beginletters van vooren achternaam, of was van zinnebeeldige aard.
Met de opkomst van de gilden gingen de gouden zilversmidgilden op dit gebied regelend optreden. Iedere gilde deed dit volgens haar eigen methode. Naast het meesterteken werd een gehalteteken en een jaarletter geslagen. Het gehalteteken bestond meestal uit het plaatselijke wapen en de jaarletter gaf aan welke gildedeken verantwoordelijk was voor het gehalteonderzoek en de keuring. De jaarletter was gewoonlijk een der hoofdletters van het alfabet. Deze wijze van keuren heeft geduurd tot ca. 1800. Na de Franse Revolutie, het tijdperk van het verval der gilden, werd het keuren meer gecentraliseerd van staatswege.
De Bataafse Republiek en het Koninkrijk Holland hadden hun eigen keurmerken. Tijdens de inlijving bij Frankrijk werd de Franse Waarborgwet van kracht. Deze wet regelde, behalve de gehalten en keurmerken, ook de organisatie van de dienst van de Waarborg en de verplichtingen van de werkmeesters en kooplieden in gouden en zilveren werken. 26.12.1813 voerde koning Willem I nieuwe keurtekens in (→insculpatieplaat). In 1852 kwam een nieuwe Waarborgwet tot stand, die na vele wijzigingen nog steeds van kracht is.
In België is het aanbrengen van een waarmerk niet verplicht. Het staat de fabrikant vrij zelf al of niet een gehalteaanduiding te brengen.