v./m., afkondiging, openlijke aflezing in of bij de kerk, na de godsdienstoefening.
(e) In de tijd toen de gehele plattelandsbevolking ’s zondags de kerk bezocht, werden na afloop van de dienst door de koster van de preekstoel of op het kerkplein mededelingen van algemeen belang voorgelezen: bekendmakingen van de wereldlijke overheden, berichten over de landbouw, notariële publikaties, zelfs aanbevelingen voor verkiezingen. Dit gebruik heerste in het bijzonder in Noorden Oost-Nederland.
LITT: H.J.Prakke, Kerkgang om nieuws (1955).