Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Kenieten

betekenis & definitie

volgens het OT een nomadische volksstam die ten zuiden van Palestina leefde en veelvuldig in aanraking kwam met het volk Israël. Als hun stamvader wordt Kaïn genoemd (Num.24,21).

De Kenieten, al vroeg werkzaam in de Wadi Araba met zijn rijkdommen aan delfstoffen, staan bekend als zwervende woestijnsmeden, al biedt de bijbel daarvoor geen direct aanknopingspunt. De Kenieten stonden in nauw verband met de Amalekieten (Num.24,21), maar worden er toch duidelijk van onderscheiden. Verwarrend is, dat Mozes’ schoonvader enerzijds een Keniet (Recht.1,16), anderzijds een Midianiet wordt genoemd (Num. 10,29). De relatie tussen de beide volksgroepen is niet helemaal duidelijk. Een deel van de Kenieten is blijkbaar met het volk Israël opgetrokken (Recht.1,16) en heeft onder hen gewoond. Waarschijnlijk zijn zij later in Israël opgegaan.LITT: M.Noth, Geschichte Israels (2e dr. 1954); R. de Vaux (in: Hoe het oude Israël leefde, 1962).

< >