v./m. (-en), de 2 cm lange, geelwitte enigszins eivormige schelp van de kauri.
(e) De schelp van de →'kauri werd in Zuid-Azië en Afrika sinds oeroude tijden als betaalmiddel (→schelpengeld) gebruikt. In West-Afrika was het kaurigeld tot voort kort nog in de binnenlanden in gebruik. In de tijd van de slavenhandel werd het daar in grote hoeveelheden ingevoerd, vooral uit de Indische Oceaan. Kaurischelpen dienden reeds bij prehistorische volken tot het maken van sieraden; schriftloze volken gebruiken ze nog daarvoor. De schelpen hebben al eeuwenlang de aandacht van verzamelaars; voor zeldzame soorten worden nog steeds hoge prijzen betaald.
