in de Indische mythologie de god van de liefde. Zijn vrouw is Rati (Wellust).
Hij wordt voorgesteld als een schone jongeling die op een mus of een papegaai rijdt. In zijn hand draagt hij een boog van suikerriet (de pees bestaande uit bloemen of een bijenzwerm) en in zijn koker heeft hij vijf, met bloemen omwonden, pijlen. Bij de boeddhisten is Kamadeva onder de naam van Mara de verpersoonlijking van de dood en de →samsara, de tegenstander van Boeddha.