[Sp., samenkomst], v./m. (-s), vergadering van vooraanstaanden, in het bijzonder voor de behandeling van staatszaken, zoals in Spanje voor bepaalde gevallen werd bijeengeroepen.
(e) In de Engelse geschiedenis is de junta een nauwe samenwerking van een beperkte kring gezaghebbers, b.v. van de Whigs ten tijde van koningin Anna (1702-14). Later werd junta in het algemeen gebruikt als een aanduiding voor een meerhoofdig militaire dictatuur, vooral in Latijns-Amerikaanse landen, maar b.v. tot voor kort ook in Griekenland.