Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

joyriding

betekenis & definitie

[Eng.], v./m., populaire term voor het wegnemen en gebruiken van een onbeheerd op de openbare weg staand motorrijtuig, zonder de bedoeling dit zich blijvend toe te eigenen.

(e) In Nederland is joyriding geen vermogensdelict. Het wordt bestraft uit hoofde van verkeersveiligheid: de daders zijn vaak onervaren rijders of trachten op roekeloze wijze vervolging te ontgaan. Art. 37 Wegenverkeerswet straft met maximaal zes maanden gevangenisstraf of f1000 boete.

In België wordt joyriding bestraft als een vermogensdelict sinds bij wet van 25.6.1965 aan het artikel over diefstal (461 WStr) een tweede lid werd toegevoegd: met diefstal wordt gelijkgesteld het bedriegelijk wegnemen van andermans goed voor kortstondig gebruik. De maximale straf is drie jaar.

< >