Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Johannesburg

betekenis & definitie

Zuidafrikaanse stad in Transvaal, 1753 m boven zeeniveau; 1,4 mln. inw. (809560 Bantoes, 501060 blanken, 82640 kleurlingen, 39350 Aziaten). Johannesburg is de grootste stad van Zuid-Afrika en centrum van de grootste goudvelden ter wereld.

De mijnbouw (goud, diamant, uraan) is in belangrijkheid verdrongen door de industrie. De metaalen machine-industrie is oorspronkelijk gebaseerd op uitrustingen voor de mijnen en op de bouw van spoorlijnen. Verder is er chemische industrie, voedingsmiddelen-, textiel-, houten meubelindustrie en vervaardiging van plastics. Ten zuiden van Johannesburg liggen de voornaamste centra van de Zuidafrikaanse ijzeren staalindustrie; Sasolburg, heeft een belangrijke petrochemische industrie. De stad heeft een opera, schouwburgen, twee symfonieorkesten, musea, dierentuin, observatoria. Als onderwijscentrum bezit Johannesburg de universiteit van de Witwatersrand en de Rand Afrikaanse universiteit (1966), verder vele opleidingsinstituten op wetenschappelijk en cultureel gebied.

Het centrum heeft veel hoogbouw. Johannesburg is een belangrijk spoorwegknooppunt; er is een internationale luchthaven (Smuts Airport).Johannesburg is in 1886 gesticht na de ontdekking van goud in de Witwatersrand; het is genoemd naar Johannes Petrus Meyer. In één jaar waren er 10000 inw., na 15 jaar 100000.

< >