Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Janáček, Leoš

betekenis & definitie

Tsjechisch componist, *3.7.1854 Hukvaldy (Moravië), ♱12.8.1928 Moravska-Ostrava. Janáček studeerde te Praag, Leipzig en Wenen.

Hij stichtte een orgelschool te Brno, waar hij sedert 1919 ook hoogleraar aan het conservatorium was. Als componist behoorde Janáček tot de modernen. Zijn eerste succes oogstte hij met de opera Jenufa, waarin de Tsjechische volksmuziek een belangrijke rol speelt. Janacek inspireerde zich bij voorkeur op de melodische en ritmische indruk die de omgangstaal op hem maakte. Dit maakt zijn operas moeilijk te vertalen. Jandcek was een fel dramaticus.

Composities: Tams Bulba, suite (1918), Sinfonietta (1926), Missa Glagolská (1926); opera’s: Jenufa ; Katja Kabanovd (1921), Bystrousky (1923), Vee Makropulos (1926), Aus einem Totenhaus (postuum). Uitgave: Letters and reminiscences, door S.Bohúmir (1955).LITT. M.Brod, L.Janáček (1956; Eng. vert. 1963).

< >